Afscheid Antonius
Afscheid in ballingschap
REKKEN/EIBERGEN – Een afscheid in ballingschap na 642 jaar: in De Oude Mattheüs in Eibergen werd zondag op zondag 7 februari stilgestaan bij het slot van protestantse kerk Antonius in Rekken als actief kerkgebouw. De kerkdienst was online, maar krijgt een tastbaar vervolg in de vorm van een boekje.
„Je mag dit gerust een Europees monument op het gebied van de godsdienstvrijheid noemen”, zegt Henk Sieben. De uit 1652 stammende Antoniuskerk, op de plek van een uit 1379 daterende kapel, was een gezamenlijk project van de protestanten uit Rekken, Vreden en Ottenstein. „De Duitse gereformeerden kerkten hier over de grens omdat dat thuis niet mocht. Omgekeerd gold Zwillbrock als het trefpunt voor katholieken uit de calvinistische Nederlanden”, stelt schrijver-onderzoeker Henk Sieben. „De kerk floreerde er zo door dat Rekken zich officieel afscheidde van Eibergen.”
Militaire invallen van vorst-bisschop Bernard van Galen in 1665 en 1672 illustreren hoe turbulent de tijd na de Tachtigjarige Oorlog nog was. De eerste Rekkense dominee Antonius Keitwert vluchtte in 1672, net als zijn Eibergse ambtgenoot annex dichter Willem Sluiter, naar elders. Het 84 pagina’s dikke boekje ‘De geschiedenis van de Antonius door de eeuwen heen’ is deels geschiedschrijving. De kerk in Rekken deed ertoe. Een paar eeuwen later opnieuw. Neem dominee Wouter Slot, die in 1904 aantrad en in 1913 samen met René van Ouwenaller de Rekkensche Inrichtingen opzette.
Antonius in de jaren vijftig
Over naar Stichting Vrienden
Het boekje is in een oplage van vijfhonderd exemplaren gedrukt om te worden verspreid onder gemeenteleden. Voorzitter Janny ten Berge van de kerkenraad van de Protestantse Gemeente Eibergen-Rekken en scriba Roel Heij bladeren in de eerste exemplaren. Het boekje wordt onder vlag van de PKN-gemeente Eibergen-Rekken uitgegeven. Nu is die ook nog eigenaar van het kerkgebouw, maar dat gaat veranderen: de op te richten Stichting Vrienden van de Antonius neemt de kerk over. De toren is en blijft van de burgerlijke gemeente Berkelland. Dat is bij veel oudere kerken zo: ooit een hoog punt om op alarm te kunnen slaan, later als oriëntatiepunt voor landmeters.
Keuken in de kerk
Chronologisch worden de verhalen in het boek steeds ‘levendiger’. Logisch, want de kerk draait vooral om mensen. „De kerk is vooral mensenwerk. Dat is de reden dat het gebouw warm in gebruik blijft bij de Rekkenaren”, zegt collega schrijver/samensteller van het boek Betsy te Velthuis. „Het huidige gebruik voor rouw- en trouwdiensten en burgerlijke huwelijksvoltrekkingen gaat om te beginnen gewoon door. Samen met de werkgroep van de rooms-katholieke parochie worden oecumenische vieringen voorbereid. Daaronder een corsoviering in augustus en een Top2000-dienst aan het eind van het jaar.”
In zekere zin komt een deel van de functie van kerkelijk gemeenschapscentrum Den Hof naast de kerk zo naar het kerkgebouw toe. De keukenfunctie in de vergaderkamer achter de preekstoel wordt daarvoor wat uitgebreid. „Zo kan onder meer het eetcafé waarbij Rekkenaren samen aan tafel schuiven hier worden ingericht”, zegt Betsy te Velthuis. Ook de kersverse Dorps Coöperatie Rekken wordt bij de herontwikkeling van de Antonius betrokken.
Interieur van de kerk
Banken eruit
„De preekstoel blijft, maar de banken – of minstens een deel ervan – gaan eruit”, zegt Henk Sieben. Het monumentale karakter wordt zo goeddeels gespaard, maar gecombineerd met wat praktisch is voor ander gebruik.
Ds. Janssen op de fiets
Het vliegend evangelie
Wat zou dominee Wim Janssen (1928-2013) er van hebben gevonden? ‘Het vliegend evangelie’ – vanwege het vaartje waarmee hij fietsend of op zijn brommer door Rekken en omgeving trok – was destijds (1956-1961) de drijvende kracht achter een gebouw náást de kerk: Den Hof. Om behalve te kerken méér dorpsgemeenschap te zijn. Janssen bleef zich met Rekken verbonden voelen, en kwam voor zowel de viering van zijn 25- als 50-jarig ambtsjubileum terug naar het dorp. Na vijftig jaar herinnerde Janssen zich nog een treffende anekdote uit Rekken. Toen hij eens probeerde te peilen wat de Rekkenaren van zijn preken vonden, meldde één Rekkenaar na enige aarzeling: „Ik zal u wat zeggen: ik heb weleens meer last van slaap gehad.”
Verbouwing
Los van de toren oogt de rest van de kerk moderner dan 17de–eeuws, en dat klopt. In 1889 zorgde blikseminslag voor brand en moest de kerk worden herbouwd. Toch zal ook in de eind 19de-eeuwse ruimte wel wat worden verbouwd. Misschien leidt dat nog wel tot ontdekkingen, net als de kostersfamilie Nijenhuis die in 1970-1971 deed. De ‘stoep’ voor een ingang bleek een grafsteen uit 1689 van de adelijke Margarieta Elsaben von Glaen uit Ottenstein. Gelukkig hergebruikt met de letters naar beneden, zodat alles nog te lezen viel. En grafkelders onder de kerkvloer bewezen dat de kerk op dezelfde plek staat als de kapel uit 1379.
Peter Zandee
Bron: Tubantia (Achterhoek), 08-02- 2021
https://krant.tubantia.nl/titles/tubantia/7140/publications/12766/pages/6